De oorzaken
Om achter de oorzaak van de genocide te komen moeten we eerst het verschil weten tussen de Hutu en de Tutsi's en wat voor de spanningen tussen deze twee groepen heeft gezorgd. De Hutu zijn de oorspronkelijke bewoners van Rwanda dat waren voornamelijk boeren. De Tutsi's zijn in de 15e eeuw in Rwanda komen wonen. De Tutsi's waren krijgers. De Tutsi's wisten goed te integreren en zelfs hogere posities te betreden. Het verschil tussen de volkeren vervaagde echter snel. Zo werd het mogelijk om al snel als Hutu met een Tutsi te trouwen, je kon zelfs een Tutsi worden.
Op deze manier leefden de Hutu en de Tutsi’s in vrede tot ze in 1894 gekoloniseerd werden door de Duitsers. De Duitsers vonden de Tutsi’s er “Europeaanser” uitzien dan de Hutu omdat zij er 'lichter en langer' uitzagen. Ze gaven de Tutsi’s om die reden alle belangrijke posities en betere banen. Dit was het begin van discriminatie tussen de Hutu en de Tutsi's.
Later werd Rwanda een kolonie van België en moesten alle Hutu en Tutsi’s een apart paspoort. Er ontstonden zo grote spanningen en veel ontevredenheid tussen de twee groepen. Dit werd deels versterkt door de kerk waarin de Hutu te horen kregen dat ze zich onderdrukt moesten voelen. In november 1959, nadat veel staten in Afrika onafhankelijk waren geworden, waren de Hutu niet tevreden met het feit dat de Tutsi’s alle belangrijke rollen in de regering hadden. Dit terwijl ze maar ongeveer 14% van de bevolking uitmaakten en de Hutu wel 85% van de bevolking vormden. De Hutu kwamen in opstand waarin honderden Tutsi’s vermoord werden en duizenden het land uitvluchtten. In de vier jaar die volgden kwamen de Hutu gewelddadig aan de macht in de zogenaamde sociale revolutie. Dit was nog niet de genocide.
In 1962 werd Rwanda onafhankelijk van België met de Hutu aan de macht. De macht van de Hutu zorgde voor veel onderdrukking van de Tutsi's. De Tutsi’s mochten bijvoorbeeld niet naar scholen en universiteiten. Dit bleef zo tot een paar jaar voor de genocide. De economie van Rwanda was verslechterd en de president Juvenal Habyarimana werd hierdoor minder populair onder het volk, dus werd de RPF, of Rwandan Patriot Front, opgericht. Het doel van deze beweging was om Habyarimana te verwerpen. De RPF werd bestuurd vanuit het buurland Uganda en de leden waren vooral gevluchte Tutsi’s maar ook een aantal Ugandese mensen. Op 1 oktober 1990 viel de RPF Rwanda binnen met zo’n 7000 soldaten. Veel Hutu waren bang voor de RPF. De president gebruikte deze aanval en de angst van het volk door te zeggen dat alle Tutsi’s samenwerkten met de RPF en hun als een soort zondebok op te stellen, om hen de schuld te geven van de problemen in het land. Er werd dan ook veel negatieve propaganda gemaakt en uitgezonden om dit aan de Hutu duidelijk te maken.
In 1993 werd er een vredesverdrag getekend door de RPF en de Rwandese overheid. Ook al praatte de Hutu-regering over vrede, was er toch, zelfs na het tekenen van het verdrag, nog sprake van schendingen van de mensenrechten door Hutu extremisten tegen Tutsi’s. Dit zorgde voor meer onvrede onder de Tutsi’s. Deze onvrede en de haat van de Hutu die door de propaganda was ontstaan zorgde voor nog meer spanning tussen de twee groepen. Op 6 april 1994 werd de president van Rwanda, Juvenal Habyarimana, met zijn vliegtuig uit de lucht geschoten in een raketaanval. Wie de president precies vermoord heeft is niet bekend maar Hutu extremisten gaven de schuld aan de Tutsi's voor de moord op de president. Dit was de druppel die de emmer deed overlopen. Er was al veel spanning, maar nu de president was vermoord werden de Hutu’s zo woedend dat ze aan het moorden van de Tutsi's begonnen. Dit was het begin van de genocide.

Hierboven het neergestorte vliegtuig van de president
Maak jouw eigen website met JouwWeb